De Dag van Oproering

In naam van God, de Barmhartige, de Genadevolle.

[101:1]

De ramp.

[101:2]

Wat is de ramp?

[101:3]

En wat weet gij (er van) wat de ramp is?

[101:4]

Een Dag waarop de mensen als motten verstrooid zullen zijn.

[101:5]

En de bergen als gekaarde wol

[101:6]

Dan zal hij, wiens schalen zwaar zijn,

[101:7]

Een aangenaam leven genieten.

[101:8]

Doch hij, wiens schalen licht zijn,

[101:9]

Zijn toevlucht zal Hawi’jah zijn.

[101:10]

En gij weet niet, wat dit is.

[101:11]

Het is een laaiend Vuur.